Nieuws / media

Verslag Vierde Golf-Cafe 18 december 2024: Hoe vrij is onze mening?

‘Hoe vrij is onze mening?’ – verslag Vierde Golfcafé’ in Kargadoor Utrecht, 18 december 2024

Ondanks het tijdstip net voor de kerstvakantie was de werfkelder goed gevuld. Benieuwd naar wat Cees Hamelink, mediawetenschapper en emeritus hoogleraar Mensenrechten en Communicatie en Jona Walk, arts en medeoprichter van de Vierde Golf ons hierover te melden hadden. De aankondiging van deze avond prikkelde: “Of het nu om een pandemie of om een oorlog gaat: rond controversiële kwesties ontstaat binnen een paar dagen of zelfs uren vaak een verpletterende consensus. Het lijkt steeds moeilijker om een minderheidsstandpunt in te nemen. Afwijkende meningen worden regelmatig gediskwalificeerd omdat ze op ‘desinformatie’ zouden berusten. Hoe is het zover gekomen? En is het mogelijk om de vrije meningsvorming te herstellen?”

In het welkom namens de Debatkring van de Vierde Golf werd het belang benadrukt van in gesprek gaan, dat juist bij het afwijken van de heersende opinie essentieel is voor oordeelsvorming. Dat vraagt om radicale vrijheid van meningsuiting. Jona Walk sprak daarover in haar speech, Cees Hamelink ging vervolgens in gesprek met moderator Robert Vernooy. We sloten af met vragen uit het publiek.

Jona Walk

Vrij spreken – vrij denken – vrij mening vormen

In de oude, commerciële media is iets heel merkwaardigs aan de hand. Onderwerpen die uiterst controversieel zouden moeten zijn zoals oorlog met een nucleaire supermacht, vergaande maatregelen tegen een nieuw virus, blijvende oversterfte die we niet begrijpen, worden gepresenteerd alsof die geen enkele aanleiding tot maatschappelijk debat zouden geven. En zelfs alsof er ook daadwerkelijk geen enkele discussie over gaande is: tegenspraak wordt namelijk genegeerd of als absurd betiteld. Een historicus die vertelt dat de oorsprong van de oorlog in Oekraïne iets complexer is, een arts die waarschuwt voor de schade van de coronamaatregelen, of een wiskundige die laat zien waarom het RIVM/CBS onderzoek naar de oversterfte niet klopt – hun argumenten worden niet gehoord.
Ook aan onze universiteiten wordt het moeilijker om een controversieel standpunt in te nemen. Daarmee wordt alle wetenschappelijke vooruitgang geblokkeerd: als het niet veilig is om twijfel uit te spreken, verdwijnt de discussie.
Wat betekent dit alles voor het vormen van een afgewogen mening?

Foto: Misha Hauben


Als we geen discussie meer kunnen voeren – noch in de media, noch aan de universiteiten en ook niet aan het kerstdiner omdat je met een minderheidsstandpunt als wappie of Poetinvriend wordt neergezet – zijn wij dan eigenlijk nog wel vrij om onze mening te vormen, iets wat we juist zouden moeten doen door kennis te nemen van andere perspectieven?
Wie niet vrij kan spreken, kan ook niet echt meer vrij denken.

Factcheckers checken geen feiten, ze checken narratieven.

Inmiddels raken we gewend aan de termen ‘desinformatie’ en ‘misinformatie’; tot voor kort nog termen uit de spionagewereld. Nu gaan ze over meningen die afwijken van de ‘dominante verhaallijn’ ofwel ‘narratief’. Nieuwbenoemde ‘factcheckers’ denken in staat te zijn om onderscheid te maken tussen waar en niet waar op het internet. Maar complexe onderwerpen zoals de risico-batenverhouding van coronavaccins, kwesties van klimaat en milieu en de beste manier om daar mee om te gaan zijn niet te reduceren tot simpele stellingen van waarheid en onwaarheid.
Factcheckers checken dan ook geen feiten, ze checken narratieven, en daarin schuilt een groot risico. De dominante verhaallijn wordt immers vooral gevormd door de huidige politieke, financiële en academische macht.

Dit soort machtige instituties zijn niet op zoek naar waarheid, maar naar controle. Dat klinkt als een complottheorie, maar kijk naar de geschiedenis. Geen enkele oorlog begon met eerlijke communicatie aan het publiek. Denk aan de Vietnamoorlog en het verhaal over de niet bestaande massavernietigingswapens in Irak als dramatische voorbeelden. Waarom zou dat bij de oorlog in Oekraïne ineens anders zijn?
Denk aan alle historische leugens van BigPharma over de effectiviteit en veiligheid van medicijnen, ook als het levens kostte, aangetoond in rechtszaken die leidden tot hoge boetes. Waarom zou dat tijdens de coronapandemie ineens op voorhand al onmogelijk zijn? Het antwoord is: dat is het niet. Autoriteit gebruikt haar macht altijd om het narratief maximaal zelf vorm te geven.

Dat dreigt nu nog een stap verder te gaan. Van het negeren en wegzetten van andersdenkenden naar het daadwerkelijk weghalen van onze ideeën. Optreden tegen wat ‘desinformatie’ wordt genoemd, biedt machthebbers klaarblijkelijk enorme kansen om leugens te verbergen. Gaf de Amerikaanse overheid tijdens de regering Trump al 6,7 miljoen dollar uit aan onderzoek naar desinformatiebestrijding, onder de regering Biden was dat gestegen tot 267 miljoen. Het is inmiddels een industrie en een heel goed verdienmodel geworden met consultancybedrijven en duur betaalde ‘factcheckers’. Een ‘overheids-industrieel-censuurcomplex’ dat zal blijven groeien. Want als de overheid onderzoek naar ‘desinformatie’ financiert, weten die consultancy’s dat ze geld blijven verdienen door te melden hoe groot het desinformatieprobleem is. Lobbyisten worden ingezet om nieuwe wetgeving te schrijven, technologie wordt ontwikkeld met overheidsgeld. Die technologie moet dan ook worden ingezet en de censuur groeit. Een patroon dat we zien met de Digital Services Act van de EU.
Wat wel en niet mag worden gezegd op het internet wordt door een nieuwe politieke en academische klasse voor ons besloten. Het grootste slachtoffer daarvan is de vrije meningsvorming. Want ook als de overheid burgers weliswaar niet gevangen zet voor het uitspreken van een mening, kan zij ervoor zorgen dat wij niet worden blootgesteld aan nieuwe ideeën, en dus de vrije meningsvorming beperken.

Hoop: niet bang zijn

Toch gloort er hoop.
Door wat er gaande is rond academische vrijheid en vrijheid van meningsuiting – dat sommige informatie kennelijk zo gevaarlijk is dat die niet mag worden toegelaten tot het publieke debat – ben ik gaan beseffen dat degenen die deze vrijheden willen beperken bange mensen zijn. Zowel de ‘wetenschapsjournalisten’ die andersdenkende wetenschappers kapot proberen te maken als de autoriteiten die het tegengeluid willen smoren. Want alleen wie geen vertrouwen heeft in de eigen ideeën, wie geen moed heeft, is bang voor openheid en tegenspraak.

Daarin ligt onze kans. Wij zijn niet bang. En uiteindelijk winnen moedige mensen het van bange mensen. Vrijheid van meningsuiting is ten slotte nooit echt te onderdrukken. Velen van ons hier kwamen samen om ons uit te spreken toen dat strafbaar was.

Met respectvolle tegenspraak in persoonlijke kringen kan nog altijd bij veel mensen een zaadje worden geplant. Podcasts, blogs, substacks met diepgang en eerlijke gesprekken met moedige andersdenkende schieten als paddenstoelen uit de grond.

Dat geeft hoop. Maar verzet heeft twee belangrijke dingen nodig. Eén: moedige sprekers die oprechte tegenspraak bieden zonder angst voor de consequenties. Dat betekent ook: met iedereen in gesprek gaan, op allerlei kanalen, zonder angst om daarvoor geframed te worden door de oude en commerciële media.
En twee: moedige luisteraars die oprecht luisteren naar de standpunten van anderen, ook als we het niet met hen eens zijn. Die beoordelen op de inhoud, en de mens met respect behandelen. Die nooit meedoen aan framen en onderdrukken.
Want hoe verleidelijk het soms lijkt om de vrijheid van meningsuiting te beperken omwille van wat een goed doel lijkt: uiteindelijk zal deze beperking altijd worden ingezet door de macht, tegen de burger.

Jona Walk sluit af met “Deze waarden voorleven in de maatschappij: daar staat voor mij De Vierde Golf voor. Radicale dialoog: gesprek over alles en met iedereen”.

Cees Hamelink

Moderator Robert Vernooy is benieuwd of er PVV- en FvD-stemmers aanwezig zijn, wat inderdaad het geval is. Hij prijst hun komst want “het betekent dat jullie nieuwsgierig zijn”: een voorwaarde voor meningsvorming. Hij refereert de mailwisseling met Cees Hamelink waarin die aangaf graag iets over de vrijheid van meningsuiting te willen zeggen, maar vooral ook over de vrijheid van het hebben van een eigen mening, omdat dat nog meer onder druk staat dan het uiten ervan.

Verantwoordelijkheid voor breed informeren

Cees Hamelink benadrukt dat de vrijheid om onze mening te uiten altijd begrensd geweest. Alleen het hebben van een eigen mening is een absoluut recht uit de Universele Verklaring van de Rechten van de mens. Het is echter de vraag hoe lang we nog “baas in eigen brein” kunnen zijn: de invloed van overheden, geheime diensten, influencers op wat we denken wordt steeds groter door verfijnde technieken (denk aan een breinchip, ontwikkeld op de MIT-universiteit). Bovendien worden we sterk gestuurd door algoritmes, die voorsorteren op wat we te zien krijgen op het internet, merkt Vernooy op. Hamelink is het daarom eens met Noam Chomsky’s pleidooi voor het bedenken van een programma voor intellectuele zelfverdediging, om ons te beschermen tegen propaganda en indoctrinatie.

Foto: Misha Hauben

Hij zegt wel eens terug te verlangen naar de zuilenmaatschappij, toen duidelijk merkbaar was dat elke zuil een andere manier van kijken naar de wereld had. Die verschillen zijn genivelleerd, alle media zijn inmiddels vergelijkbaar. Het is een grotere uitdaging geworden om je zo breed mogelijk te informeren, dus verder kijken dan die ene krant en het ene journaal. Het is onze verantwoordelijkheid ons zo breed mogelijk te informeren. Hij ervoer aan den lijve hoe ongebruikelijk dat is geworden tijdens de pandemie. Werd hij voorheen vaak aan tafel genodigd bij DWDD en Op1, sinds hij vragen stelde bij het coronabeleid was dat voorbij. “Nu hoor je bij de alternatieve media” werd hem gezegd vanwege zijn optredens bij DNW en Blckbx. Dat was kennelijk niet de bedoeling.
Van zijn studenten weet hij dat ze geen kranten meer lezen of het NOS-journaal kijken; wel volgen zij andere bronnen online zoals Democracy Now.

Zwijgspiraal vs zelfreflectie

Ter verklaring van de onzichtbaarheid van andersdenkenden, en hun terughoudendheid om zich uit te spreken komt Hamelink met het beeld van de ‘zwijgspiraal’ uit de Communicatiewetenschappen. Mensen leven voortdurend met de angst voor sociale isolatie. Een mening uiten die niet door de meerderheid gedeeld wordt, kan leiden tot alleen komen te staan. Mensen houden dan liever hun mond en neigen ernaar zich aan te sluiten bij de heersende opvattingen. Dat heeft te maken met zelfbehoud.
Cruciaal voor kritisch vermogen is zelfreflectie en daarin je eigen gedrag en keuzes onder ogen te zien. Maar in tegenstelling daarmee zijn op de socials vooral veel reacties te lezen die wijzen op ‘wij willen dit niet horen’. Dat leidt dus niet tot de gewenste uitwisseling tussen andersdenkenden.

Ga met elkaar praten

Voor een weerbare democratie is het essentieel dat je het fundamenteel oneens kunt zijn, en het daarover hebt. Je hoeft het ook niet eens te worden: “je moet conflicten niet per se willen oplossen, nee, zorg ervoor het conflict niet escaleert” zegt Hamelink.
Zijn simpele maar niet eenvoudig uit te voeren advies is dan ook om juist als tegenstanders met elkaar in gesprek te gaan. Als je dat doet, zul je merken dat er altijd een vorm van ‘common ground’ te vinden is. Zoek naar de gedeelde waarde. Zo was er op Aruba een conflict tussen de Rooms-katholieke gemeenschap enerzijds en de gay community anderzijds over de ‘same sex marriage’. Door te benadrukken dat voor beide partijen gold dat het sacrament van het huwelijk voor hen heel belangrijk was, kwam er toenadering op deze common ground.
Uiteindelijk kun je met de-escalatie doden en oorlogen voorkomen, houdt Hamelink ons voor.

Vragen uit het publiek

-Is er een grens aan de vrijheid van meningsuiting, en zo ja, moet die door de overheid bewaakt worden? En wat doen we als de vrijheid van meningsuiting wordt ingeperkt?

Hamelink vindt in lijn met de Universele Verklaring van de Rechten van de mens (die met grote tegenzin door overheden geaccepteerd werd) dat de grens ligt bij het aanzetten tot genocide, dus tot elkaar vermoorden.
En nee, de overheid moet niet de bewaker zijn van de vrijheid van meningsuiting

Hij zegt in onze tijd systeemkritiek te missen, bijvoorbeeld over het kapitalistisch systeem dat de democratie stukmaakt. Tot zijn verbazing is paus Franciscus een van de zeldzame machthebbers die daar wél kritisch op is, door te herhalen dat kapitalisme ons de afgrond in helpt. Een toehoorder is het daarmee oneens: vanaf het ontstaan van het kapitalisme in de 16e eeuw is het als systeem juist flexibel geweest, in tegenstelling tot andere systemen. Steeds weer wist het zich aan te passen aan veranderende omstandigheden. Behalve nu.

-Kunnen politieke partijen het probleem van aantasting van vrijheid van meningsuiting helpen oplossen?

Nee, is het antwoord: zij zijn juist deel van het probleem. Een nazaat van Domela Nieuwenhuis zit in de zaal en citeerde zijn voorvader die na twee dagen in het parlement opstapte met de woorden: “Nu weet ik wat het is. Parlement bestaat uit twee woorden, parler en mentir”.

-Kunnen we iets kwalificeren als desinformatie?

Desinformatie wordt nu vooral gebruikt voor wat de nieuwe, alternatieve media naar buiten brengen, met veel minderheidsstandpunten en kritiek op de machthebbers. Dit terwijl de klassieke media historisch gezien de grote leugens deelden: denk aan Colin Powell’s leugen over massadestructiewapens, als aanleiding voor de Amerikaanse interventie in Irak. Dit werd vervolgens door alle andere media overgenomen.

-Hoe bevorderen we in verband met de hier genoemde morele verantwoordelijkheid dat wat je zegt consequenties heeft, een vorm van spreken die gericht is op creëren in plaats van afbreken?

De kunst van het echt luisteren naar elkaar lijkt verdwenen. Frans de Waal leerde ons dat we moreel besef kunnen afkijken van chimpansees en bonobo’s, die in hun gedrag lieten zien hoe je je verzoent met tegenstanders, hoe je schuld betuigt.

We zenden veel meer dan dat we luisteren en het is een uitdaging om ons meer te oefenen in het echt in gesprek gaan met degenen die andere standpunten huldigen, bijvoorbeeld over corona. Als hulpmiddel hiervoor wordt door Robert Vernooy de methode uit het boek Crucial Conversations genoemd voor het voeren voor lastige gesprekken waarin veel op het spel staat: 1) het zoeken van common ground  en 2) aandacht hebben voor elkaars  gevoel van veiligheid. En wees ook op de noodzaak van ‘Bildung’, burgerschapsvorming en de geesteswetenschappen om je kritische vermogens en een moreel kompas bij te brengen, nodig om je  een eigen mening te kunnen vormen.

Jona Walk eindigt de avond ten slotte met haar tips om tot een écht gesprek te komen: kies het juiste moment / probeer niét te overtuigen / start met nieuwsgierig zijn naar de ander.

Dat is een mooie brug naar het thema van de nieuwjaarsbijeenkomst van de Vierde Golf:

Nieuwjaarsbijeenkomst: “Breek uit je bubbel”

Welkom op de avond van 16 januari 2025 vlakbij CS Amsterdam. Zie verder hier.