Pakhuis De Zwijger, 13 oktober 2023 – in gesprek met Ewald Engelen over zijn boek ‘Wappie’

Ewald Engelen, hoogleraar aan de UvA en columnist in De Groene Amsterdammer schreef de afgelopen jaren regelmatig over wat hem opviel tijdens de coronacrisis. Deze columns zijn nu gebundeld.

Niet als wappie geboren
Zou het al kunnen: terugblikken op de coronacrisis, zoeken naar antwoorden wat ons is overkomen tijdens de pandemie? En op de vraag hoe wij de verdeeldheid te boven kunnen komen?
Er was op ruim 100 deelnemers gerekend maar de belangstelling is overweldigend, we zitten met 140 mensen dicht op elkaar gepakt. Mensen die snakken naar een fundamenteel gesprek, naar gezamenlijke reflectie. Corona is toch voorbij? is het gevoel in een groot deel van de samenleving. Hier zie je voor wie dat niét zo is. Degenen die buitengesloten zijn door de overheid, media, familie, vrienden, collega’s, verenigingen – en voor wappie werden uitgemaakt, genoeg om niet meer serieus genomen te hoeven worden.
“Ik ben een man van 60, hoogleraar, economisch welgesteld, spreek uitstekend Nederlands en kan goed ingewikkelde teksten lezen, ken de etiquetteregels – kortom, ik hoor bij de sociaaleconomische en culturele elite van Nederland. En vrij naar Simone de Beauvoir zou ik hier willen zeggen ‘ik ben niet als wappie geboren, maar tot wappie gemaakt’” introduceert Ewald Engelen zichzelf. Met fragmenten uit vijf columns (2020/2021) illustreert hij zijn aanvankelijke verbazing over wat er vanaf voorjaar 2020 gebeurde die daarna omsloeg in boosheid toen hij concludeerde dat je geen epidemioloog, viroloog of medicus hoefde te zijn om de in de maatregelen verscholen waanzin te kunnen zien – maar dat de regels toch massaal gevolgd werden. Hij snapt dat dit in de eerste maand van paniek gebeurde. Maar daarna – hoe dan??

Links populisme nodig?
Schrijver Robert Vernooy bouwde erop door en refereerde aan de gedeelde teleurstelling in de linkse partijen die vervreemd zijn geraakt van de achtergestelden die ze zeggen te vertegenwoordigen. In plaats van in de oppositie te gaan, ging links mee in het coronavertoog en vroeg zelfs om nog strengere maatregelen. Het lijkt alsof het parlement tot de OR van BV Nederland is verworden. We missen systeemkritiek zoals Engelen doet door incidenten in breder verband te zetten; alleen SP en PvdD lijken die nog te hebben. “Is het tijd voor links populisme?” vraagt Vernooy daarom aan Engelen. Het antwoord is bevestigend, er is behoefte aan de vorming van een brede volksbeweging om het vele achterstallig onderhoud van de neoliberale jaren weg te werken. Het is de hoogste tijd dat GL/PvdA afscheid nemen van de neoliberale ideeën.  Wie nu een woordencheck doet in de partijprogramma’s ziet overal de woorden ‘vertrouwen’, ‘samen’ (“ik kan het woord niet meer horen!”) en o ja, ook ‘klassen’ maar dan gaat het over schoolklassen.
Zo kwam het dat de terecht boze burgers zich afkeerden van links en terechtkwamen bij BBB.

Engelen benadrukt dat het parlement in de coronacrisis niet heeft gewerkt zoals het had moeten werken. In plaats van als controlerende macht gedroegen de Tweede en Eerste Kamer zich als lakeien van de consensus, op enkele partijen na zoals SP, PvdD en FvD.

Hoe voorkomen we herhaling
Mona Keijzer was uitgenodigd om aanwezig te zijn en sloot aan bij het gesprek. Ook zij dacht als staatssecretaris vanaf april 2020 na het zien van de bekende piramide van het RIVM (1,5% van de coronapatiënten opgenomen in het ziekenhuis waarvan 0,5% op de IC) “Wat zijn we hier (in het kabinet) aan het doen!” Conformisme was alom aanwezig en de algemene mening kon niet ter discussie worden gesteld. De vraag is: hoe kunnen we ervoor zorgen dat we niet weer in paniek raken bij een volgende crisis? Want hoe dan ook moet voorkomen worden dat we weer in een situatie komen dat we elkaar als burgers gaan controleren en discrimineren, zoals met de QR-code.

Engelen noemt dat inmiddels bekend is hoezeer de overheid gebruik maakte van nudging en manipulatie, maar vindt de suggestie uit het publiek dat journalisten betaald werden voor het doorgeven van informatie te plat. Dit leidt tot protest van diverse deelnemers.
Een oud-verpleegkundige die haar kinderen en kleinkinderen kwijtraakte door haar besluit zich na grondig onderzoek niet te laten vaccineren: “ik verwijt dat Den Haag door de eenzijdige informatie, het drammen, de minister die dreigde met ‘we kennen de postcodes en kunnen van deur tot deur gaan’; ik ben alleen komen te staan en wat er gebeurde is niet meer te helen. Ondertussen zitten we nog steeds met oversterfte en turbokankers maar alles wordt onder het tapijt geschoven”.

Ook aanwezig is Gaston Remmers, vader van de 14-jarige Amsterdamse scholier Pepijn die tijdens de lockdown overleed, wat niet los gezien kan worden van de schoolsluitingen, het niet meer als vriendengroep kunnen optrekken, uit het lood door het stilvallen van zijn normale puberleven. Remmers roept op om die eerste maand van de pandemie waarvan iedereen zegt ‘de paniek van die weken is begrijpelijk’ juist niét over te slaan in onze reflectie en evaluatie van de hele coronatijd. Want die zou moeten beginnen met de vraag “Wie zijn we als we onder druk staan” in plaats van met “Wat doen we” – zodat we stilstaan bij mogelijke gevolgen van de ene of de andere keuze. We hebben collectief onvermogen om met ongemak en druk om te gaan, en daar zouden we ons als samenleving in moeten oefenen. Dat betekent ook dat we moeten uitwisselen over pijn en lijden, elkaar daarin horen en erkennen. (tekst gaat door onder afbeelding)

Martijntje Smits in gesprek met Ewald Engelen

Ontbreken van een open gesprek
Advocaat Stan Baggen en universitair docent Media and Performance studies Ingrid Hoofd schuiven aan op het podium. Hoofd was verbijsterd over collega’s die kritische mediatheorieën doceren waarin je studenten o.a. leert hoe propaganda te doorzien en totaal onkritisch waren op het gevoerde beleid. Over studenten die bevangen waren door angst. Nu er weer colleges zijn valt het haar op dat ze zo bang zijn voor diversiteit, voor schuren en wrijving, alsof een soort ‘supermoralisme’ de boventoon voert waardoor ze niet meer durven te zeggen wat ze denken. Het stellen van open vragen moet weer bevorderd worden; begin met de simpele vraag ‘wat beweegt je’.
Baggen was verstomd over de maatschappelijke gekte waarin we met elkaar zaten. Drie van de vijftien miljoen 13+-ers (dus een op de vijf) in Nederland werden als ongevaccineerden uitgesloten van het maatschappelijk leven. Dat is een té grote groep voor een rechtsstaat om zomaar overheen te stappen. Het taboe om het beleid ter discussie te stellen ziet hij als belangrijke reden van de ontstane polarisatie. Het onderlinge gesprek is een noodzakelijke fase voor de democratische rechtsstaat, en die fase is overgeslagen. Je zou daarom kunnen zeggen dat de meest effectieve maatregel was dat het debat niet gevoerd mocht worden, noch persoonlijk noch maatschappelijk.

Starten met lokale kennis
Als er wordt geopperd dat er hoe dan ook een parlementaire enquête moet komen, geleid door experts, roept Engelen juist op om burgers te mobiliseren en meer gebruik te maken van lokale kennis zoals dat ook in de jaren 80 gebeurde met de Brede Maatschappelijke Discussie over het al dan niet bouwen van nieuwe kerncentrales. Door het zo aan te pakken, zou de kans om het vertrouwen in de overheid weer te doen groeien misschien vergroot kunnen worden.

Stoppen met etiketten plakken.

Tijdens deze avond, inclusief de nazit, merken we dat er nog veel pijn is over de afgelopen jaren, de uitsluiting, de polarisatie. Het heeft tot traumatische ervaringen geleid bij velen, zoals het verhaal van de gepensioneerde verpleegkundige ook weer duidelijk maakte. Het was voor velen een bizarre en vervreemdende ervaring om als voorheen min of meer brave burgers aan de foute kant van de lijn te staan en gecanceld te worden, gecensureerd, gelabeld te zijn als wappie en complotdenker.
De huid is dun, dat wordt ook duidelijk uit het tumult toen er een oordeel over FvD-Kamerleden werd geuit en anderen daar boos op reageren omdat dát nou juist is waar we mee moeten stoppen.
Het is de uitdaging op te houden met het etiketten plakken en het tonen van minachting. En in plaats daarvan meer ruimte voor diverse perspectieven te maken, elkaar te bevragen en proberen te begrijpen. Ons best te doen om waardering te uiten voor onderwerpen waarin er wél gedeelde grond is. Niet de wrok vergroten, maar verbinding versterken. Daarvoor is erkenning van het leed nodig en het gehoord worden in de schokkende ervaringen als gevolg van het beleid en de maatregelen. Veel betrokkenen bij De Vierde Golf hebben sinds najaar 2021 al kunnen ‘uithuilen’ bij elkaar, maar er zijn nog zoveel mensen voor wie dat niet opgaat. In het kader van ‘eerst emotie, dan analyse’ zou het goed kunnen zijn mogelijkheden te zoeken om daar op een constructieve manier vorm aan te geven.